Het was begin februari 2019 uitgebreid in de media: ouders konden vanaf nu ook hun doodgeboren kinderen registeren. Er werd veel over gesproken. Klik hier voor een link naar een bericht van NOS over deze wet. Die wet ging ook over mij. Maar ik voelde me er anders bij dan hoe ik anderen zag reageren.
Hoe het toch niet over mij gaat.
Soms huil ik nog eventjes
Dit nieuws zou ook over mij moeten gaan. Met drie kinderen in de volgende wereld. Verwekt, gedragen, geboren en overleden. Zo nu en dan huil ik er nog eventjes om. Ik ken de initiatiefnemers van de wet, ben blij dat zij zo bereid waren zich hier in vast te bijten. Geweldig en terecht dat deze wet er nu is.
Hoe kan het dan zowel mijn man als ik helemaal geen behoefte hebben om Hugo, Joris en Madelief in te schrijven in het GBA? Het kost me nogal wat moeite om deze vraag te beantwoorden. Een echt antwoord kun je voelen.
Bij het zoeken naar antwoorden voel ik vooral allerlei beschermingsmechanismen in werking treden. Uitleg, verdediging, afzwakken, mezelf sterk maken. Ik kan bijna uittekenen hoe ze als luiken, rookgordijnen en filters me van het echte antwoord afhouden.
Ik kan nu 2 dingen doen. De eerste is om de luiken, rookgordijnen en filters te onderzoeken en ze verwijderen. Ik kies voor de tweede optie: niets doen én aanwezig blijven. Ik ga niet weg, ik blijf bij de vraag en wacht rustig (met verhoogde hartslag!) tot de vraag zijn reis afgemaakt heeft en ik ontdek wat nu nog onzichtbaar is.
Ik zeg vaak dat Rake Vragen niet over de vraag gaan. Dit is wat ik dan bedoel.
Nog steeds niet
Ik weet inmiddels heel goed waarom ik niet de behoefte voelde iets te doen met deze mogelijkheid: mijn kinderen zijn niet doodgeboren. Ze zijn levend geboren en kort daarna overleden. Officieel heet het ‘akte van geboorte (levenloos)’. Het voelt alsof het niet voor ons bedoeld is. Mijn verstand begrijpt heel goed dat het slechts taal is, dat het maar woorden zijn en er moeten woorden gekozen worden. Maar het lijkt wel of, hoe dichter het bij je hart is, hoe preciezer de woorden moeten zijn.
Nu, een paar jaar verder, voel ik nog steeds niet de behoefte om van de mogelijkheid gebruik te maken. En tegelijk is het fijn om te weten dat het kan als het ooit verandert…