In het boek Rake Vragen heb ik de begrippen ‘kwaliteit van aanwezigheid’ en ‘jezelf organiseren’ geintroduceerd. Inmiddels zijn ze steeds meer ingeburgerd geraakt. Ik zie het regelmatig gebruikt worden door anderen op social media, hoe gaaf is dat!
Jezelf organiseren = zorgen dat het je goed gaat
Jezelf organiseren is minstens net zo belangrijk als alle slimme doe-dingen, zoals vragen stellen of antwoorden geven. Jezelf organiseren betekent een context maken waarin je met elkaar iets kunt bereiken. Jezelf organiseren betekent ook goed voor jezelf zorgen, zodat je zó kunt werken dat het moeiteloos gaat. De yogajuf doet dat door te mediteren, de sportcoach doet het door het team een peptalk te geven, hoe ik dat doe lees je in deze blog.
Daar is die vraag weer
Ik zit tegenover haar, aan een net iets te krap tafeltje in een druk restaurant. ‘Het valt me toch niet mee hoor, dat ondernemerschap. Ik kan ervan leven maar opdrachten krijgen valt niet mee.’ zegt ze. Ik kijk haar aan en geloof onmiddellijk dat het haar niet meevalt. Haar ogen schieten heen en weer. Ze zit als een kleuter op de stoel te wippen. Ze heeft haar gevlochten, er steken overal plukken eruit. Ze draagt een flodderig bloesje met rose bloemetjes. ‘Ik word nauwelijks serieus genomen.’Ook dat kan ik me probleemloos voorstellen.
‘Welke vraag heb jij voor mij die dit probleem oplost?’ Ah, daar was ‘ie weer. De wereld in problemen en oplossingen. Met een verborgen veronderstelling dat als iets niet lukt, je dus zelf duidelijk iets niet goed doet. Ze kijkt me verwachtingsvol aan.
Eerder zou ik nu enorm mijn best zijn gaan doen. Ik zou heel erg mijn best hebben gedaan om inderdaad die ene verlossende vraag te stellen. Als het zou lukken dan zou ik me ontzettend goed voelen. Als het me niet zou lukken dan zou ik een reden verzinnen waarom het niet aan mij lag. Ik zou haar vroeger héél graag hebben willen helpen. Haar verlossen van haar frustraties.
Nu doe ik dat niet meer, ik genoot even van het momentje dat ik met mezelf had. Dik tevreden dat ik niet in de hard-werken-want-dan-mag-je-er-zijn-modus schoot, die ik zo goed ken. Ik voelde hoe ontspannen ik was. Haar beroep op mij, was bíj mij, niet ín mij.
FF wachten!
Ik wachtte even. Ik heb namelijk geleerd dat wachten een fantastische kwaliteit heeft. In het wachten komt altijd vanzelf iets op gang. Alsof ik, door niets te doen, iets anders uitnodig om in beweging te komen. Dit soort wachten ziet er bij mij uit alsof ik heel hard nadenk. Dat doe ik expres want anders gaat de ander z’n vraag toelichten of erger nog: andere vragen stellen.
Tijdens het wachten heb ik een klein gesprekje met mezelf. Ik verken wat me verbaast, ik check altijd even of ik iets niet gehoord heb wat ik wel zou verwachten en ik vraag me af met welk deel van iemand ik in gesprek ben. Ik zoek ook even hoe mijn eigen achtergrond en systemen reageren op het onderwerp. Worden ze wakker of resoneert er niets?
Gesprek met mezelf
Wat een onverwacht probleem heeft ze, dacht ik bij mezelf. Ik zou niet verwacht hebben dat het haar moeite kost goede opdrachten te krijgen. Het wachten levert meestal ook dit soort gedachten op. Ik checkte waar de gedachte vandaan kwam. Had het iets met mij te maken? Nee, ik was op dat moment niet bezig met het thema acquisitie.
Ik checkte de gedachte met de feiten die ze eerder in het gesprek vertelde. In de 10 jaar dat ze ondernemer is heeft ze 4 hele grote opdrachten gehad. Bij opdrachtgevers waar je als ZZP-er niet gemakkelijk binnenkomt. Een van opdrachtgevers was een opleidingsinstituut, die zelf trainers opleidde. Ze had daar 6 jaar voor gewerkt. Dan ben je wel echt een vakvrouw, dacht ik bij mezelf, als je in die omgeving overeind kunt blijven. Eigenlijk geloof ik helemaal niet dat ze niet goed is in acquisitie. Ik denk eigenlijk dat ze precies weet wat ze moet doen.
Zo gaan die gesprekjes met mezelf altijd ongeveer. Ik ben volledig in verbinding. Eerst met mezelf, dan met de ander. En dan komt er eigenlijk altijd een impuls om iets te doen of te zeggen. Sommige impulsen wuif ik weg, die zijn te raar (maar soms komen ze terug, dan volg ik dat gewoon maar).
‘Ik geloof je helemaal niet’ zei ik, ‘ik geloof helemaal niet dat jij niet goed bent in acquisitie. Je hebt juist een uitstekend trackrecord van mooie opdrachten. Ik zou niet weten welke vraag ik je zou kunnen stellen.’ Het was geen provocatie maar eerder een nuchtere constatering. ‘Als ik een opdrachtgever ben, dan wil ik de trainer in jou ontmoeten, niet de vrouw die nu tegenover me zit. Kam je haar, kleed je als een trainer en ga rechtop staan.’ Ze schrok een beetje. Dit was niet wat ze verwacht had.
Hoe het verder gaat maakt niet uit
Hoe het verder gaat? Dat maakt eigenlijk niet uit. Als je jezelf goed organiseert ben je in dat moment volledig aanwezig en verbonden. Als het moment voorbij is, laat je los wat niet van jou is zodat het 100% bij de ander kan blijven. Zo blijf jij zelf ook volledig beschikbaar voor wat bij jou hoort, en hoef je niets voor een ander te dragen.