
De gewetens volgens Bert Hellinger
In systemisch werken worden de gewetens omschreven als de mechanismen die zorgen dat systemen overleven. Er zijn drie verschillende gewetens en ieder geweten laat iets anders overleven. Volgens het gedachtengoed van Bert Hellinger, die als eerste het concept van de drie gewetens heeft benoemd, zijn deze drie gewetens er altijd, maar zijn ze niet altijd in dezelfde mate actief en kunnen ze elkaar tegenwerken. Werken vanuit de gewetens is in de benadering van Bert Hellinger een cruciaal element in systemisch werken. Het onderscheidt systemisch werken van alle andere benaderingen.
Hellinger beschreef de gewetens ook wel als een soort zintuig waarmee je waarneemt en registreert wat je moet doen om ergens bij te mogen horen. En als je er dan bij hoort, wat dan je plek in die groep is en wat er van je verwacht wordt. Het geweten is een zintuig, vergelijkbaar met je evenwichtsorgaan. Als je uit evenwicht raakt, wordt je duizelig. Die duizeligheid is een onprettig gevoel, dus corrigeer je je houding. Dat gebeurt grotendeels onbewust. Zo werkt het geweten ook. Als je je houdt aan ‘de voorschriften’ van het geweten van de groep, dan mag je erbij horen. Als je afwijkt van de mores van de groep, dan loop je het risico om er niet meer bij te mogen horen. Of je hoort er iets minder bij, omdat je ander gedrag vertoont dan er van je verwacht wordt.
Zoals je in je evenwichtsorgaan duizeligheid ervaart, ervaar je in het geweten op zo’n moment een schuldgevoel. Je krijgt een ‘slecht geweten’, al is het maar subtiel of van korte duur. Als mens kom je voortdurend de grenzen van je geweten tegen. Bewust en onbewust ben je trouw – oftewel loyaal – aan de systemen waar je bij hoort, die je een warm hart toedraagt of waar je je sterk mee identificeert. Het systeem dat de meest invloed heeft op de vorming van je geweten is je gezin van herkomst: het gezin waar je opgegroeid bent.
De gewetens worden ook wel eens de overlevingsmechanismen of voortlevingsmechanismen genoemd. Er zijn de laatste jaren nog wat verschillende experimenten met andere bewoordingen.
Hellinger maakte een onderscheid tussen 3 gewetens, die meestal in deze volgorde genoemd worden:
- Het geweten dat zorgt voor de overleving van het individu. Dit wordt doorgaans het groepsgeweten genoemd of ‘eenheid geweten’ of ‘persoonlijke geweten’.
- Het geweten dat zorgt voor het voortleven van het systeem zelf, wordt het systeemgeweten genoemd.
- Het derde geweten doet nog iets heel anders: het zorgt voor de ontwikkeling en het einde van grote groepen systemen. Het staat bekend als het ‘universeel geweten’ maar wordt ook vaak ‘Geist’ of ‘Geest’ genoemd of ‘Evolutionaire kracht’ of ‘Collectieve geweten’ of ‘spiritueel geweten’.
Een medewerker kan bijvoorbeeld liegen over iets dat er is gebeurd is, om zijn lidmaatschap van het systeem ‘bedrijf’ niet op het spel te zetten. Vanuit het persoonlijk geweten een verstandige keuze. Onze hersens zijn hierop ingericht: het duurt maar heel kort voor de medewerker daadwerkelijk gelooft dat zijn versie de waarheid is.
Stel dat er in een bedrijf grote risico’s met betrekking tot veiligheid worden genomen. Die risico’s worden genomen onder druk van de markt. Iedereen weet dat het niet hoort, maar toch. Op een dag gaat het mis en is er een ernstig bedrijfsongeval. Als de teamleider die verantwoordelijk is ontslag neemt of krijgt, is dat in dienst van het systeemgeweten; het bedrijf kan blijven bestaan. Hoewel dat tegen zijn eigen belang in gaat. Vaak vinden betrokken mensen dat het een terechte keuze is. Dat is het systeemgeweten in actie.
Het waarmaken van het potentieel wordt in de loop der tijd steeds minder. Dat komt enerzijds doordat het persoonlijk geweten en systeemgeweten een beschermende functie hebben en anderzijds doordat de historie aan gebeurtenissen resulteert in uitermate complexe samenstellingen van verbindingen. Anders gezegd: de boel loopt vast. Het universeel geweten zorgt ervoor dat de boel weer even goed wordt opgeschud. De manier waarop dit gebeurt is vaak wel pijnlijk: het bestaande wordt vernietigd. Er is een bedrijfsbrand. Het bedrijf gaat bijna failliet of er komen uiterst pijnlijke zaken naar buiten. Het gaat hier echt om extreme, destructieve gebeurtenissen waardoor dingen die eerst in beton gegoten en onveranderbaar leken, in een etmaal totaal ondersteboven worden gekeerd.